Deelnemen aan het Nationale Fietsplan, hoe werkt(e) dat precies?
Bij deelname aan het Nationale Fietsplan heeft een deelnemende werknemer een belastingvoordeel variërend van 37,10% en 49,50% (tarieven 2021) doordat hij de fiets en de bijbehorende verzekering en Nationale Fietsbonnen voor accessoires door middel van een tijdelijke verlaging van zijn brutoloon met de werkgever mag verrekenen.
Om voor deelname aan het Nationale Fietsplan in aanmerking te komen, was er in het verleden een vaste set regels:
- De werknemer moest de fiets op minimaal de helft van het aantal dagen dat er sprake was van woon-werkverkeer, daarvoor gebruiken.
- De fiets mocht maximaal € 749 kosten + bijbehorende verzekering + evt. Nationale Fietsbonnen.
- Deelname was eens per 3 kalenderjaren toegestaan.
Deze regels moesten voor en tijdens deelname door de werkgever gecontroleerd worden, de Belastingdienst kon vervolgens bij een controle bij de werkgever de gegevens van de deelnemende werknemers opvragen en bij onregelmatigheden een boete opleggen.
Invoering van de werkkostenregeling (WKR)
Sinds de invoering van de WKR op 1 januari 2015 is het een stuk eenvoudiger geworden omdat alle bovengenoemde regels in één klap zijn komen te vervallen. Vanaf dat moment vallen de bedragen die een werkgever in het kader van deelnames aan het Nationale Fietsplan met zijn werknemers verrekent, in het jaar van deelname ineens en in zijn geheel in de binnen de WKR beschikbare vrije ruimte. Het is dus voor een werkgever alleen nog maar zaak er op te letten dat hij binnen deze vrije ruimte blijft. Eke werkgever kan en mag daartoe zelf de bedragen en voorwaarden voor deelname aan het Nationale Fietsplan bepalen. Er hoeft niets meer op werknemer niveau bijgehouden te worden, een totaalbedrag volstaat.